Verkeersveiligheid

Preventie van verkeersongevallen in de schoolomgeving

In onze vorige nummers hebben we de risico’s besproken bij verplaatsingen op de arbeidsplaats en op de weg naar en van het werk.

Nu de kinderen in september terug naar school gaan, leek het ons interessant om dieper in te gaan op het passend gedrag dat we als bestuurders van voertuigen zouden moeten aannemen als we een school naderen. Uit een studie van het BIVV blijkt dat 78% van de ongevallen met kinderen die zich tijdens de schooluren voordoen, op minder dan 300 meter van de school gebeuren. Slechts 5% doet zich voor in de zone 30 aan de school.

Snelheid speelt belangrijke rol

De statistieken zijn ondubbelzinnig: telkens wanneer een zwakke weggebruiker door een voertuig wordt aangereden, verminderen zijn overlevingskansen nagenoeg exponentieel naarmate het voertuig sneller rijdt. Snelheid is de risicofactor die het zwaarst doorweegt op de ernst van de letsels. Een voetganger heeft een overlevingskans van 95% als hij wordt aangereden door een voertuig dat 30 km/uur rijdt, terwijl die kans daalt tot 55% als het voertuig 50 km/uur haalt. De invoer van de zone 30 is dus een goed preventiemiddel.

De remafstand bestaat uit de reactietijd van de bestuurder en de snelheid van de wagen (hoewel rekening moet worden gehouden met andere factoren, zoals de toestand van de banden en schokdempers, de wegbedekking en de weersomstandigheden).

De reactietijden waarmee we in dit voorbeeld rekening houden, zijn minimumtijden voor een bestuurder met een goede gezondheid. Door de minste verstrooidheid neemt die reactietijd en bijgevolg de remafstand toe.

Het gebruik van een gsm aan het stuur doet de reactietijd met 30 tot 70% toenemen.

 

 

 

 

EthiasEzine-InfoRisques-FR-2016-34.indd
EthiasEzine-InfoRisques-FR-2016-34.indd
road_safety_03_fr

Kinderen zijn kwetsbaarder dan volwassenen

In de schoolomgeving treffen we jongeren aan. Het gedrag van die jongeren is verschillend naargelang hun leeftijd:

 

  • Jonge kinderen, als voetganger of fietser, ervaren het verkeer anders dan volwassenen. Ze kunnen niet verder anticiperen dan de voertuigen die ze zien naderen en hebben de neiging om geen onderscheid te maken tussen ‘zien’ en ‘gezien worden’. Ze zijn heel spontaan en kunnen ons soms verrassen door plots van het trottoir op de weg te springen. Ze overschatten hun veiligheid en hebben een absoluut vertrouwen in verkeersvoorzieningen, zoals voetgangerslichten en zebrapaden. Zo denken ze dat hen niets kan overkomen als ze oversteken, als het licht op ‘groen’ staat. Dit verklaart gedeeltelijk waarom hun reactietijd bij een noodsituatie langer is.
  • Tieners, die zich ook met de fiets of bromfiets verplaatsen, zijn op zoek naar een eigen identiteit en hebben meer de neiging om regels te overtreden. Ze vormen hun eigen beeld van wat veilig is. Ze nemen dan ook meer risico’s.

Wij, als volwassenen, moeten dus ons gedrag aanpassen.

Inrichting van zones 30 en aanpassen van de snelheid

De inrichting van zones 30 valt onder de bevoegdheid van de beheerders van de openbare weg, die rekening moeten houden met de geldende wetsbepalingen.

Alleen door goede en gepaste verkeerstekens te plaatsen, kunnen de bestuurders worden gewaarschuwd dat ze hun snelheid moeten aanpassen en dat ze bijzonder aandachtig moeten zijn bij het doorrijden van die zones. Naargelang de concrete situatie op het terrein, wordt gebruik gemaakt van verschillende types van verkeerstekens.

road_safety_04_fr

Permanente verkeerstekens

Dit bord wordt gebruikt in een context waar 30 km/uur als een normale snelheid wordt beschouwd, ook buiten de schooluren; dat is in zones waar de verblijfsfunctie doorweegt en waar de dichtheid van het schoolverkeer in de tijd beperkt is.
road_safety_05_fr

Verkeersteken met variabele boodschap

Dit bord wordt gebruikt op plaatsen waar de verkeersomstandigheden een snelheidsbeperking tot 30 km/uur rechtvaardigen op de tijdstippen waarop de school begint en eindigt en waar de aanpassingen van de verkeersinfrastructuur of -organisatie meestal beperkt zijn tot de bescherming van kwetsbare gebruikers.
EthiasEzine-InfoRisques-FR-2016-34.indd

Kenmerkende tekens

Naargelang de ligging en de gemeenten beschikken scholen over een groot arsenaal aan borden die symbool staan voor de school. Ze zijn vrij groot en bedoeld om de aandacht van de bestuurder te trekken, zodat hij zijn gedrag bij het naderen van de school aanpast.

 

 

 

 

 

 

 

Als aanvulling vatten soms gemachtigde toezichters post bij de aanvang en het einde van de schooldag. Er bestaan ook burgerinitiatieven, waarbij ouders de kinderen te voet via bepaalde trajecten naar en van school begeleiden.

 

Hoe zorg ik voor verantwoordelijk gedrag?

Als bestuurders moeten we ons voertuig onder controle houden en zijn we bijgevolg verantwoordelijk voor schade die we aan anderen kunnen berokkenen. Dit is van fundamenteel belang. Wij beslissen immers zelf welk gedrag passend is naargelang de omstandigheden en risico’s waarop we op een bepaald moment mee te maken krijgen.

Hierna volgen enkele goede praktijken die u het best systematisch toepast als u in de buurt van een school komt, alsook op plaatsen waar zich gelijkaardige situaties kunnen voordoen.

 

1/ Verlaag uw snelheid

 

Verlaag uw snelheid zodra u een schoolomgeving nadert zodat u de zone tegen maximaal 30 km/uur binnenrijdt.

 

2/ Wees op uw hoede

Gebruik tijdens het rijden nooit uw gsm of smartphone, zelfs niet als u over een handsfree kit beschikt.

  • Zorg ervoor dat u niet verstrooid bent.
  • Rij niet onder invloed van alcohol of andere stoffen.
  • Rij stapvoets als u een geparkeerde schoolbus nadert. Er kan een kind uitstappen en oversteken.
  • Rij ook stapvoets als u klassen opmerkt die met hun leerkracht op stap zijn.
  • Rij niet te dicht bij een kind dat met de fiets rijdt.

Als u van richting verandert, in het bijzonder bij kruispunten, houd bij het afdraaien rekening met voetgangers of tweewielers die van rechts komen.

 

3/ Parkeer uw wagen op een daartoe bestemde plaats

 

Brengt u uw kinderen naar school, parkeer uw wagen dan op een plaats waar u het verkeer niet hindert en waar de kinderen rechtstreeks toegang hebben tot een trottoir of beveiligde oversteekplaats. Werp een blik in uw achteruitkijkspiegels voordat u uw deur opent.

 

4/ Anticipeer

 

Anticipeer op de reacties van de kinderen. Houd altijd een voldoende veilige of reserveafstand, zelfs als het kind u heeft gezien.

 

 

Datum : 10/2016